Het hof beschouwt de ingeroepen "overmacht" geenszins als een situatie, onafhankelijk van zijn wil, ten gevolge waarvan hij in de morele of materiële onmogelijkheid verkeerde om de bevolen ...

A - Teneinde beroep te kunnen doen op het vermoeden van vergunning, vermeld onder art. 4.2.14 V.C.R.O, dient bewezen te worden welke constructie nu aanwezig was in de periode van ofwel vóór 22 april ...

Krachtens artikel 793 van hel Gerechtelijk Wetboek kan de rechter die een onduidelijke of dubbelzinnige beslissing heeft gewezen, die beslissing uitleggen, zonder evenwel de daarin bevestigde rechten ...

De termijn die de rechter toekent voor de uitvoering van de hoofdveroordeling (uitvoeringstermijn) is niet een termijn waarbij de rechter met toepassing van artikel 1385bis, vierde lid Gerechtelijk ...

A - De vrijstellingsbepaling van art. 71 van het besluit van de Vlaamse regering van 7 juli 2010 m.b.t. tijdelijke werfloodsen kan slechts gelden voor uitvoering van vergunde werken. - B - Het ...

Wanneer de rechter geen speciale respijttermijn heeft voorzien, verbeurt de dwangsom vanaf de betekening van de beslissing in de hypothese dat de uitvoeringstermijn reeds voordien verstreken was. In ...

DWANGSOMTERMIJN - De bestreden beslissing van de beslagrechter te Hasselt gaat terecht uit van de stelling dat de uitvoeringstermijn een aanvang neemt vanaf de datum van het in kracht van gewijisde ...

VERMOEDEN VAN VERGUND ZIJN - De beklaagde (die zich beroept op het vermoeden van vergund zijn) dient het bestaan van hogevermelde werken vóór 1978 aan te tonen en niet enkel "aannemelijk" te maken. De ...