Betreft opslag van grotere hoeveelheden ongebroken beton- en steenpuin, uitgegraven grond, gipsafval, tuinafval en boomstronken dan toegelaten in de milieuvergunning.
Ook verschillende bijzondere voorwaarden van de milieuvergunning werden niet nageleefd:
- geen controle-inrichting voor het geloosde bedrijfsafvalwater en geen afwateringsriolen en koolwaterstof-afscheiders;
- ter beperking van de stofhinder waren er onvoldoende groenzones, ontbraken de keermuren en ontbraken de opslagvakken (met betonverharding en vaste sproei-installaties) en werd de maximale stapelhoogte overschreden;
- opslag bodem gebeurde niet op een vloeistofdichte vloer;
-hemelwater werd niet opgevangen en niet ingezet voor laagwaardige toepassingen.

overschrijding van de redelijke termijn :
- De eerste vaststellingen in deze zaak dateren van 10 februari 2015. Het onderzoek werd afgerond met het verhoor van de beklaagde op 4 mei 2017. De zaak werd ingeleid voor de eerste rechter op de rechtszitting van 6 november 2018, om te worden behandeld op de rechtszitting van 5 maart 2019. Tegen het vonnis van 26 april 2019 stelden de beklaagde en het openbaar ministerie hoger beroep in. Dit hoger beroep werd behandeld op de rechtszitting van het hof van 12 maart 2021.
- Hieruit blijkt dat het dossier verschillende periodes van stilstand heeft gekend, die niet aan de beklaagde te wijten zijn, evenmin aan de complexiteit van het dossier. De boete wordt verminderd van 5000 euro (te vermeerderen met opdeciemen) naar 3.000 euro (te vermeerderen met opdeciemen).