Hof van Beroep Antwerpen | 17-02-2016

Referentie:
TU 006.2012
Type rechtbank:
Hof van Beroep
Jurisdictie:
Antwerpen
Trefwoorden per materie:
Vermeldingen in het huurcontract
Bewijswaarde
Gevolgen vastgesteld misdrijf huurovereenkomst
Wonen
  • De eerste rechter heeft in het bestreden vonnis ten onrechte verwezen naar de oorspronkelijke huurovereenkomst met plaatsbeschrijving, om daaruit af te leiden dat het pand 'in goede staat van onderhoud en op een bewoonbare wijze' ter beschikking werd gesteld van de huurders.

Een plaatsbeschrijving wordt tussen verhuurder en huurder opgesteld als bewijs van de toestand van de verhuurde woning, teneinde bij uittrede duidelijkheid te krijgen over de eventuele aanwezigheid van huurschade dewelke toerekenbaar zou zijn aan de huurder.

Een door de huurder en verhuurder opgestelde plaatsbeschrijving is echter geenszins gelijk te stellen met een grondig onderzoek naar de conformiteit van de woning met de door art. 5 van de Vlaamse Wooncode voorgeschreven woonkwaliteitsnormen.

Uit de aard van een aantal vastgestelde gebreken blijkt ontegensprekelijk dat deze structureel van aard zijn, en zij derhalve reeds bestonden bij aanvang van de huurovereenkomst, reden waarom dit de startdatum is van de incriminatieperiode.

 

Het aanvankelijk PV werd opgesteld door […], wooninspecteur, die voor de technische vaststellingen werd bijgestaan door […], technicus bij het Agentschap Inspectie RWO, die de technische verslagen heeft geredigeerd. De wooninspecteur heeft de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie en is gerechtigd zich bij de vaststellingen te doen bijstaan door een technicus. Overigens worden niet alleen in de technische verslagen maar ook in het aanvankelijk proces-verbaal de vastgestelde tekorten opgesomd en het aantal minpunten weergegeven. De vaststellingen van de wooninspecteur gelden tot bewijs van het tegendeel dat evenwel door beklaagde niet wordt geleverd. Er is geen reden om te twijfelen aan de technische onderlegdheid van de wooninspecteur en/of de hem vergezellende technicus en evenmin aan hun vaststellingen.

 

 

  • De burgerlijke partij vordert alle door haar betaalde huurgelden over een periode van 40 maanden terug, zijnde 40 x 375 euro = 15.000 euro.

Uit de inhoud van het strafdossier, meer bepaald het uitgebreid technisch verslag, de gevoegde foto's, het omstandig verslag met betrekking tot het kwaliteitsonderzoek en door de vaststellingen ter plaatse door de verbalisanten, blijkt dat de woning behept was met ernstige gebreken, die de woonkwaliteit ernstig hebben verminderd.

Anderzijds kan niet gesteld worden dat de burgerlijke partij helemaal geen huurgenot zou hebben gehad.

Rekening houdend met de aard en de omvang van de gebreken, acht het hof het billijk dat de helft van de door de burgerlijke partij betaalde huurgelden aan haar  zouden worden teruggegeven ten titel van schadevergoeding wegens verminderd huurgenot. Deze schade staat in oorzakelijk verband met het lastens beklaagde bewezen verklaarde misdrijf.