Rechtbank eerste aanleg Tongeren | 17-06-2011

Referentie:
WI 7022.002
Type rechtbank:
Rechtbank eerste aanleg
Jurisdictie:
Tongeren
Trefwoorden per materie:
Wonen

Tussen partijen blijft enkel nog de discussie over de kosten van het geding en de tegeneis van verweerder tot schadevergoeding wegens tergend en roekeloos geding en tot vergoeding van de huurachterstallen die verweerder zou opgelopen hebben. De rechtbank stelt vast dat reeds in 2009 een advies tot ongeschiktheid werd opgesteld en de Wooninspecteur een uitvoerige herstelvordering formuleerde, dat verweerder vervolgens gedeeltelijk tot herstel overging en het strafdossier vervolgens werd geseponeerd. Dat bij een nieuwe controle in 2011 opnieuw 65 strafpunten werden vastgesteld en een advies tot ongeschiktheid werd opgesteld aangezien het pand niet aan de vereisten van de wooncode voldeed. Verweerder bewijst op geen enkele manier dat aanlegster bij haar vaststellingen foutief, onbekwaam of lichtzinnig zou gehandeld hebben. Tevens vermag verweerder als eigenaar van het pand ten aanzien van de woongeschiktheid zich niet te beroepen op een eventuele fout van zijn huurders. Zo hij van oordeel is dat deze enige fout zouden treffen waardoor hij schade zou geleden hebben, behoort het aan verweerder om desgewenst tegen hen enig gerechtelijk initiatief te nemen. Aanlegster is tot dagvaarding overgegaan nadat verweerder ruimschoots de gelegenheid heeft gekregen om het pand in orde te brengen.