Rechtbank eerste aanleg Leuven | 02-12-2014

Referentie:
WI
Type rechtbank:
Rechtbank eerste aanleg
Jurisdictie:
Leuven
Trefwoorden per materie:
Wonen
Invloed administratieve procedure
Agent/officier gerechtelijke politie
Bestuurlijke opsporingsagent

Een melding in het vergunningenregister is nochtans niet vereist voor een vordering op grond van de artikelen 20 en 20bis van de Wooncode, zoals in onderhavig geval. Ten einde publiciteit ten aanzien van derden te garanderen volstaat een overschrijving van de dagvaarding op het hypotheekkantoor (zie artikel 20ter van de Vlaamse Wooncode). Dit laatste is ook effectief gebeurd, wat niet (langer) door de beklaagde wordt betwist.

De heer [technicus] werd bij besluit van 28 november 2011 benoemd als ambtenaar van het Agentschap Inspectie RWO. Hij was dan ook bevoegd om onder het toezicht van de wooninspecteur de nodige technische vaststellingen te doen.

  • De beklaagde verwijst naar artikel 8 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 oktober 1998 betreffende het recht van voorkoop en het sociaal beheersrecht op woningen, waarin wordt bepaald dat de burgemeester onmiddellijk na ontvangst van het onderzoeksverslag en het advies van de gewestelijk ambtenaar een afschrift daarvan dient te sturen haar de eigenaar en bewoner van de onderzochte woning.

De bedoelde bepaling betreft de procedure van onbewoonbaarheids- en ongeschiktheidsverklaring dor de burgemeester. Geen enkele wettelijke of reglementaire bepaling legt op dat dezelfde formaliteiten dienen te worden nagekomen met het oog op het instellen van strafvervolging en/of een herstelvordering door de wooninspecteur.