- Het openbaar ministerie vraagt om tot herkwalificatie van de lastens beklaagde weerhouden feiten over te gaan als zijnde een inbreuk op de bepalingen van de Vlaamse Wooncode. Het is de rechter evenwel niet toegestaan is te herkwalificeren als het feit niet hetzelfde blijft of niet begrepen is in de feiten die het voorwerp uitmaken van de vervolging. De rechter dient te beoordelen of de verschillende misdrijfvormen die in aanmerking komen, de uitdrukking kunnen zijn van de feitelijke gedragingen die in de inleidende akte werden bedoeld (R. Verstraeten, Handboek strafvordering, 2012, nr. 1669). De inleidende akte is in casu duidelijk waar er aan beklaagde aan feitelijkheden verweten wordt om in het handelshuis gelegen te ..., kamers te hebben verhuurd, die niet voldeden aan de voorschriften van het kamerdecreet en hiervan een gewoonte hebben gemaakt. Deze effectief lastens beklaagde weerhouden feitelijke gedragen zijn niet gelijk te stellen met feiten die mogelijk het voorwerp zouden kunnen zijn van een vervolging op grond van de Vlaamse Wooncode, zodat een herkwalificatie niet mogelijk is. Gelet op hetgeen hiervoor geoordeeld werd dient beklaagde te worden vrijgesproken.