Rechtbank eerste aanleg Hasselt | 04-01-2011

Referentie:
WI 7165.008
Type rechtbank:
Rechtbank eerste aanleg
Jurisdictie:
Hasselt
Trefwoorden per materie:
Wonen

Derde beklaagde besluit ten onrechte tot haar vrijspraak. De bewering dat zij als rentmeester geen beslissingen kon nemen over de toestand van de kamers en/of studio’s doet geen afbreuk aan het feit dat door haar bemiddeling deze panden werden verhuurd. De bewering dat zij de verhuring van de kwestieuze panden hadden overgelaten aan een rentmeester, doet afbreuk aan de schuld van de eerste en tweede beklaagde. De reglementering terzake voorziet uitdrukkelijk dat elke woning dient te voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten. Deze verplichting rust eveneens op de eigenaar van de verhuurde woningen en/of kamers en dit ongeacht het feit dat zij voor de verhuur beroep hebben gedaan op een rentmeester. Derde beklaagde besluit ten onrechte tot haar vrijspraak. De bewering dat zij als rentmeester geen beslissingen kon nemen over de toestand van de kamers en/of studio’s doet geen afbreuk aan het feit dat door haar bemiddeling deze panden werden verhuurd.